Om het bevriezen van de warmtewisselaar op te lossen, gebruiken de verschillende fabrikanten van warmtepompen een aantal verschillende oplossingen:
- Automatische elektrische ontdooi-cyclus:
In de warmtewisselaar zit een elektrische weerstand verwerkt, en de warmtepomp gaat dus de warmtewisselaar elektrisch terug opwarmen tot die ontdooit is en de normale werking dus weer kan hervatten. Dit proces van opwarmen en verder werken gebeurt op basis van een vaste tijd, zodra de buitentemperatuur onder 5°C daalt. Er is dus geen controle of de warmtewisselaar echt wel bevroren is, elke 30 minuten wordt de elektrische weerstand warm gemaakt om op die manier de werking te verzekeren. Dit is de minst efficiënte manier, aangezien hiermee het elektriciteitsverbruik het hoogst is van de 3 methodes, en ook het aantal cycli het hoogst ligt. - Automatische omgekeerde ontdooi-cyclus:
Net zoals bij de vorige methode gaat de warmtepomp elke 30 minuten zichzelf ontdooien. In dit geval niet door een elektrische weerstand op te warmen, maar door even omgekeerd werken: in plaats van warmte op te nemen uit de lucht en die af te geven aan de verwarmingsinstallatie, gaat de warmtepomp de circulatierichting van het koelmiddel omdraaien. Zo loopt het eerst langs de verwarmingswisselaar, waar het opgewarmd wordt, om dan door de luchtwisselaar te lopen die met deze warmte ontdooit. Er wordt dus kortstondig gebruik gemaakt van de warmte die de warmtepomp voordien zelf geproduceerd heeft, en nu terug ophaalt uit het verwarmingssysteem. Deze methode is al wat zuiniger dan de vorige, maar er worden nog steeds onnodig veel cycli gedraaid - Vraaggestuurde omgekeerde ontdooi-cyclus:
Op dezelfde manier als bij de vorige methode (de circulatierichting van het koelmiddel wordt omgedraaid), maar enkel wanneer sensoren vaststellen dat de warmtewisselaar echt aan het dichtvriezen is, wanneer de omstandigheden er dus om “vragen”. Door het constant meten en vergelijken van de luchtstromen bij de warmtewisselaar en de ventilator, rekening houdend met de temperatuur, “weet” de warmtepomp wanneer bevriezing dreigt, en kan ze dus beslissen om enkel een ontdooi-cyclus te draaien wanneer het nodig is. Op die manier wordt dus het minst mogelijk energie verbruikt aan het ontdooien, en worden zo weinig mogelijk cycli gedraaid, wat ook de levensduur van de warmtepomp ten goede komt.
Deze laatste, zuinigste, en volgens ons ook beste methode wordt op vandaag enkel gebruikt door CTC warmtepompen. Dit komt voort uit onze lange ervaring met warmtepompen in het koude Scandinavië, en onze constante drang naar verbetering en efficiëntie. Zodra de temperatuur onder 5°C gaat, verhoogt de efficiëntie van de CTC luchtwarmtepompen in vergelijking met andere, door enkel te ontdooien wanneer nodig, en niet zomaar om de 30 minuten zelfs wanneer het niet nodig is.